Terugblik symposium ‘Overgangen, kwetsbaar of kansrijk’ op 14-11-2024

Bij de opening door Anita Derks (directeur LEJK) en Elvira Folmer (directeur LEPOVO)

Op donderdag 14 november kwamen specialisten en geinterersseerden in het Jonge Kind samen bij het symposium ‘Overgangen, kwetsbaar of kansrijk?’, dat het LEJK samen met het Landelijk Expertisecentrum PO-VO organiseerde in Zwolle. Collega's uit zowel de voor- en vroegschoolse educatie, het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en lerarenopleidingen gingen in verschillende sessies in gesprek rondom de vraag 'hoe optimaliseren we de overgang van kinderopvang-onderbouw basisschool en basisschool-voortgezet onderwijs?'. Dit zijn kwetsbare momenten die heel veel kansen bieden voor kinderen, leerkrachten, pedagogisch medewerkers en scholen. Dit speelt op alle scholen en vraagt om aandacht in de curricula van de lerarenopleidingen.

Vanuit het Landelijk Expertisecentrum Jonge Kind werden er twee kennisdeelsessies geleid door de lectoren, verdeeld over twee rondes.

Materiaalgericht spel - geleid door Annerieke Boland

Veel spel van peuters en kleuters valt onder 'materiaalgericht spel'. Kinderen verkennen kenmerken en mogelijkheden van materialen en proberen uit wat ze met die materialen kunnen doen. Materiaalgericht spel kan verschillende vormen aannemen en de complexiteit van het spel neemt toe met de leeftijd. In deze workshop bekijken we via beeldmateriaal hoe die ontwikkelingen eruit zien, wat de invloed is van dit spel op de brede ontwikkeling en hoe een professional dit spel kan ondersteunen. De workshop is gebaseerd op resultaten uit het promotieonderzoek van Elizabeth Wynberg. 

Hoe realiseren we een doorgaande lijn van peuter naar kleuter? - geleid door Cathy van Tuijl en Carlinda Boerdijk- Fuselier

Voor jonge kinderen is een vloeiende overgang van voorschoolse voorzieningen naar de basisschool van groot belang. In Nederland is dat met gescheiden systemen voor peuter en kleuters geen vanzelfsprekendheid. Vandaar dat het LEJK en het Expertisecentrum Kinderopvang de handen ineen hebben geslagen en samen hebben gewerkt aan een theoretisch kader over de doorgaande lijn en het ophalen van good practices in Nederland.  In deze sessie staan we stil bij de vraag wat er voor een doorgaande lijn van peuter naar kleuter nodig is.

Een doorgaande lijn vraagt meer dan bestuurlijke samenwerking en een overdrachtsprocedure. Professionals moeten elkaar kennen, dezelfde taal spreken en eenzelfde visie op leren en ontwikkeling hebben. Ook is inhoudelijke aansluiting van doelen en activiteiten van belang.

De sessie is gebaseerd op het onderzoek van het LEJK samen met het Expertisecentrum Kinderopvang.

Presentaties

Bij de kennisdeelsessies horen deze presentaties:

Previous
Previous

LEJK en LEPOVO geven advies over differentiatie van de pabo

Next
Next

Hoe komt wetenschappelijke kennis eenvoudig in het onderwijs terecht?